Airconditioning regelt de temperatuur, de luchtbeweging en de ontvochtiging in uw woning. Het lijkt dat er koude lucht geproduceerd wordt, maar in werkelijkheid haalt het apparaat de warmte uit de lucht uit de ruimte en verplaatst die warmte naar buiten. Hiervoor maakt het systeem gebruik van het natuurkundige feit dat verdamping warmte aan de omgeving onttrekt. Wat verdampt, is de koelvloeistof die door het apparaat stroomt.

De warme lucht in een ruimte wordt langs de verdamper gezogen door de ventilator van de binnenunit. Het koudemiddel in deze verdamper heeft warmte nodig om het verdampingsproces in gang te zetten. Het koudemiddel wordt door opwarming door de binnenlucht gasvormig (verdamping). De binnenlucht is dan flink afgekoeld en wordt weer in de ruimte geblazen. Dan wordt het gasvormige koudemiddel door een condensor in de buitenunit geleid. De temperatuur van het koudemiddel in de condensor is hoger dan de temperatuur van de buitenlucht, waardoor het koudemiddel warmte afgeeft. Het koudemiddel wordt weer vloeibaar door afkoeling door buitenlucht. Vervolgens wordt het koudemiddel weer naar binnen gevoerd en begint de airco-cyclus opnieuw. Een airco onttrekt ook vocht aan de lucht in de ruimte. Koele lucht bevat minder waterdamp dan warme lucht. De condensdruppeltjes worden afgevoerd door het systeem.

Dit artikel is tot stand gekomen door Gezond Binnen in samenwerking met de NVKL.